Eén tegen honderd

Vandaag speelden we als tussendoortje "Eén tegen honderd".  Eén iemand nam vooraan plaats op de stoel van de juf met zijn/haar gezicht naar het bord. Achter hem/haar stond de hele klas recht.  Op bord verschenen telkens zinnen waarin werkwoorden moesten vervoegd worden.  Was het antwoord A of misschien antwoord B?  We draaiden onze stokjes naar de juiste kant en probeerden zo de leerling op de  stoel terug naar zijn plaats te spelen.  Als dat lukte kregen alle overblijvende leerlingen een knipje in hun kanjerkaart.  Won de leerling op de  stoel, dan werd rechtstreeks een pretbon uitgereikt.  Had iemand van de spelers in de klas het fout, dan moest hij/zij tijdelijk gaan zitten en van uit die positie meespelen.  Spanning verzekerd!!!